FAVV lanceert idee om resultaten van inspecties bij de horeca publiek te maken. Een initiatief met ballen.

Dat het FAVV ook ballen nodig zal hebben, is duidelijk als ik de voorbije weken de reacties lees vanuit verschillende hoek. Zelfs de landelijke media pikten het bericht op (Het Nieuwsblad van 14 februari 2014), en berichtten over een heksenjacht op de plaatselijke restaurant uitbater. Ook Unizo mengde zich in het dossier en vond dit idee niet kunnen (Karel Van Eetvelt: “geen goed idee”). De Hoge Raad voor Zelfstandigen en KMO’s, waarin UNIZO vertegenwoordigd is, gaf al eerder negatief advies.

Ik moet zeggen dat ik eens mijn wenkbrauwen gefronst heb bij het lezen van al deze kritiek. Jawel. Het idee zit nog maar in een conceptfase, maar wordt tegelijk al afgeschoten als zou dit een spelletje ondernemertje-pesten zijn. En nochtans… Degenen die mij een beetje kennen, weten dat ik al eens in het buitenland vertoef, of het nu professioneel of voor privédoeleinden is. Ik mag dus toch wel zeggen dat ik al wat landen gezien heb, en overal dingen probeer op te pikken gerelateerd aan voedselveiligheid. Waarom dus iets wat elders bestaat, en goed werkt, niet transponeren naar België? Zo zag ik 2 jaar geleden al een gelijkaardig systeem in Zuid-China. En laat dat nu toch niet het land zijn waar voedselveiligheid de hoogste prioriteit kent! In restaurants kon ik via een lachende, neutrale of droevige smiley in 1 oogopslag beoordelen of het restaurant in kwestie voldeed aan de gestelde eisen rond food safety (welke eisen hierbij gehanteerd worden speelt in wezen geen rol). Ook in de UK is een systeem al bestaande (http://ratings.food.gov.uk), en ook in delen van de USA hebben ze de sterkte van een dergelijke tool ontdekt (http://www.pima.gov/restaurantratings).

Dus waarom staat de horeca in België nu op z’n achterste poten? Moeten we niet blij zijn dat het FAVV met dergelijk initiatief tegemoet komt aan een vraag vanuit de bevolking? In naam van de volksgezondheid is dit initiatief alleen maar toe te juichen. De taak van het FAVV is, tussen haakjes, erover waken dat het voedsel dat wij op ons bord krijgen, voldoet aan de regels van de kunst, lees: hygiëne, HACCP, wettelijke eisen. Aangezien een deel van de incidenten nog altijd toe te wijzen is aan een verkeerd gebruik in de horeca sector, is het zelfs de morele plícht van het het FAVV om deze informatie kenbaar te maken. De voorbije incidenten internationaal, denk maar aan het paardenvleesschandaal van 2013, toonden telkens opnieuw aan dat het sleutelbegrip voor de toekomst luidt: openheid in communicatie. Stel je deuren open! Communiceer duidelijk en open naar je doelgroep en consument! Alleen op die manier zal het vertrouwen van de consument opnieuw hersteld worden. Critici zullen zeggen dat deze boodschap vooral bedoeld is voor de industrie (“transformatie” in termen van het FAVV), maar daar ben ik het niet mee eens: voor de modale consument is het vertrouwen geschaad in hoe wij als maatschappij omgaan met ons voedsel; dus hoe dit tot op ons bord komt speelt niet mee.

Toch nog als slot een bedenking bij dit concept: de “vorm” zal in deze zeer belangrijk zijn. Het kan inderdaad, zoals het FAVV al aangaf, niet de bedoeling zijn om een inspectieverslag integraal openbaar te maken. Daar is niemand bij gebaat. Zorg voor een beknopte, eerlijke, en vooral duidelijke communicatie. Dat de lat daarbij overal in België gelijk moet worden gelegd is vanzelfsprekend, of het nu om een sterrenrestaurant in Kruishoutem of een pitabar in Anderlecht gaat. Ik denk dat de echte uitdaging daarin zal liggen…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *