Goedkopere voeding in het winkelrek: een slechte zaak voor iedereen.

Het zoveelste bericht over lagere prijzen in de supermarkt zag ik onlangs weer verschijnen in de media: “Goedkope huismerken meer in trek”. Hierin bericht De Standaard dat er verwacht wordt dat de voedselprijzen de komende jaren zelfs nog met 5% zullen dalen. Op het eerste zicht een goede zaak voor onze portemonnee.

Maar laten we de zaak even rationeel bekijken…  Hoe zit dit prijsmechanisme écht in mekaar? Huismerken, of “de witte producten”, ook wel private labels genaamd, van de supermarkt, -de “retailer” in het jargon- zijn eigendom van de supermarktketen. Dit wil zeggen dat de Carrefours, Delhaizes, en Aldi’s van deze wereld een product laten maken door de voedingsindustrie, waarbij er over gewaakt wordt dat er volledige controle is over de receptuur, de verpakking, de productiemethode, en ga zo maar door. Dit betekent dus ook, even de lijn doorgetrokken, dat de prijscalculatie van de voedingsproducent zo goed als volledig transparant is voor de retailer. Sommige ketens gaan zelfs zo ver – en onze vrienden van over het Kanaal zijn daar kampioen in – dat ze volledig dicteren bij welke leveranciers de voedingsproducent zijn grondstoffen gaat halen! Kwestie van de industrie in de tang te houden. Dit alles gebeurt onder het voorwendsel dat het merk ten allen tijde beschermd moet zijn, en dat een kwaliteitsvol product aangeboden wordt aan de consument.

Maar, wees niet naïef: op deze manier is het uiteraard zeer makkelijk om een volledige inzage te hebben in de wérkelijke kostprijs van een voedingsproduct (en dit ook volledig te kunnen sturen), en dit van riek tot vork, of met andere woorden: van bij de boer tot in het winkelschap. En het is een realiteit dat de prijzen die de grootdistributie wil betalen aan hun leverancier ieder jaar weer naar beneden moeten. Is dit houdbaar op lange termijn? Bijlange niet. Zeker als je weet welke kosten gepaard gaan bij het ganse productieproces. Om er maar enkele te noemen: kosten voor certificatie van de productieplaats stijgen alsmaar. Jawel, meneer de inkoper, u legt een BRC certificaat op aan uw toeleverancier, bovendien wil u ook dat er af en toe een onaangekondigde audit plaatsvindt, en u woont ook graag fysisch de eerste productierun van een nieuw product bij, maar beseft u hierbij ook dat dit alles centjes kost? O ja, en bij introductie van nieuwe artikelen moeten er nieuwe verpakkingen ontworpen worden, moet de productielijn aangepast worden, moeten er nieuwe grondstoffen gesourced worden, maar als de lancering dan niet het verhoopte succes oplevert… tja, jammer, maar de kosten zijn voor de industrie. En deze kosten worden ook gemaakt bij diens leverancier, en ga zo maar verder, dieper in de keten, tot we uiteindelijk bij de boer uitkomen. Ook deze moet zijn veterinaire keuringen betalen, moet misschien een Global Gap certificaat halen voor zijn geteelde groenten en fruit, etc. Om dan nog maar te zwijgen over het mondiale spel met de prijs van de grondstoffen zoals cacao, graan, suiker, enz. En bovendien is het tegenwoordig ook hip om uit te pakken met een groen imago, dus waarom niet wat eisen opleggen aan de producenten rond sustainability, duurzaam ketenbeheer en ethical conduct. Ik kan zo nog even doorgaan, maar het plaatje wordt stilaan duidelijk: tel al deze zaken op, reken hier inflatie bij, en het kan mathematisch gewoon niet dat de prijzen jaar na jaar moeten dalen, laat staan 5% over enkele jaren! Op politiek vlak wil ik geen uitspraak doen, maar wat wél een feit is, zijn de torenhoge loonkosten in een land als België. Hoe realistisch is het dan om nog een bereide maaltijd aan enkele luttele euro’s per kg in de winkel te hebben?

En als het dan tóch kan, want dat is wat we effectief zien aan de kassa, dan moet dit ten koste zijn van iets anders. Horse-gate, iemand? Het paardenvleesschandaal zit in de industrie nog vers in het geheugen, en we hebben het laatste schandaal nog niet gezien. Maar wat ligt hiervan aan de basis? Ok, fraude is langs geen kanten goed te praten, maar herlees nu eens alles wat hierboven staat… Het spel wordt zodanig “gespeeld” dat de voedingsindustrie in private label land wordt gedwongen op het scherp van de snee te werken. En dat kan toch nooit de bedoeling zijn? Uit wiens zak die 5% prijsdaling moet komen mag duidelijk zijn. Het zal alleszins niet de retailer zijn die zijn winst met 5% wil zien dalen.

Niet alleen ik heb het artikel gelezen over de prijzenpolitiek, want, warempel, vorige week verscheen in de pers het bericht dat Albert Heijn een convenant ondertekende “voor faire relaties tussen aanbieders en kopers in de agrovoedingsketen”, op initiatief van Vlaams minister-president Kris Peeters. Een mooi initiatief, maar ik lees enkel maar iets over de Boerenbond en de Nederlandse prijsbreker. Over de schakels ertussen staat in het artikel niets. Op te volgen…

Beste CEO van alle food retailers ter wereld: besef dat het hier gaat om voedsel, om ons dagelijks brood, en om onze gezondheid. En, beste consument, denk even na als je in de winkel producten ziet die geafficheerd staan aan een onrealistische prijs.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *